Evaluatie IenW-subsidies voor Interreg B- en C-programma’s

Staatssecretaris Van Weyenberg van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) heeft de Tweede Kamer geïnformeerd over de evaluatie van de Projectstimuleringsregeling Interreg V (PSR) en de Rijkscofinancieringsregeling Interreg V (CETSI).

In de afgelopen programmaperiode van Interreg (2014-2020) heeft het ministerie van IenW beide subsidieregelingen beschikbaar gesteld om deelname van Nederlandse organisaties aan de Interreg B- en C-programma’s te stimuleren.

De PSR was bedoeld als stimulans voor het voorbereiden, opstellen en indienen van projectvoorstellen door zogeheten lead partners voor Interreg Europe 2014-2020 (INTERVC), Interreg VB Noordwest-Europa 2014-2020 (INTERVBNWE) en Interreg VB Noordzeeregio 2014-2020 (INTERVBNOO) die bijdroegen aan het Rijksbeleid.

De CETSI was bedoeld als stimulans voor Nederlandse lead partners of andere partners om een actieve bijdrage te leveren aan de doelstellingen van Interreg VB Noordwest-Europa 2014-2020 en Interreg VB Noordzeeregio 2014-2020, waardoor tevens werd bijgedragen aan het Rijksbeleid, in het bijzonder ten aanzien van klimaat en duurzame mobiliteit.

Evaluatie PSR
Er zijn 123 PSR-aanvragen ingediend, waarvan er 98 zijn goedgekeurd. Deze hebben geleid tot 52 Interreg-aanvragen. In totaal is € 1.787.500 (totaal beschikbaar was € 2.500.000) vastgesteld aan begunstigden van de regeling.

Uit de evaluatie van de PSR blijkt dat deze heeft bijgedragen aan de oorspronkelijke doelstelling, namelijk het stimuleren van het voorbereiden, opstellen en indienen van Interreg-aanvragen. De PSR is op onderdelen zeker succesvol geweest. Aanvragers zien de PSR als stimulans en ervaren hiervan positieve neveneffecten. De goedgekeurde PSR-aanvragen en Interreg-projecten dragen bij aan de programmadoelstellingen en aan het Rijksbeleid.

Het resultaat van de PSR had wel nog hoger kunnen zijn. Dit heeft ermee te maken dat de PSR een voorschotregeling is en dat teruggevorderde PSR-middelen alleen in hetzelfde jaar dat ze werden toegekend en teruggevorderd, aan een andere aanvrager uitgegeven kunnen worden. De PSR-subsidie wordt als voorschot uitgekeerd, omdat de werkzaamheden waarvoor de regeling een tegemoetkoming biedt in het begin van het aanvraagtraject plaatsvinden.

Terugvorderen is onder andere aan de orde als de PSR-ontvanger uiteindelijk toch geen projectvoorstel voor Interreg indient. Doordat teruggevorderde PSR-subsidie niet over de jaargrens opnieuw kon worden toegekend, konden er in totaal minder middelen worden vastgesteld dan oorspronkelijk begroot en zijn de beschikbare middelen niet optimaal benut.

Evaluatie CETSI
De CETSI heeft bij 12 projectvoorstellen gezorgd voor de benodigde financiering. De totale verleende subsidie aan deze projecten bedraagt € 3.970.000 (totaal beschikbaar was € 4.700.000). Uit de evaluatie van de CETSI blijkt dat deze meerwaarde heeft gehad doordat de regeling heeft bijgedragen aan het ontwikkelen en indienen van Interreg-aanvragen. Zonder de CETSI was bij meerdere projecten een financieringstekort ontstaan, waardoor projecten niet zouden zijn ingediend of wellicht in afgeslankte vorm met mogelijk een lagere slagingskans.

De beschikbare middelen zijn bovendien goed besteed. Door het hoge maximale subsidiebedrag ten opzichte van het subsidieplafond hebben echter wel relatief weinig projecten deze cofinanciering ontvangen (12 van de 25 aanvragers ontvingen CETSI-subsidie, terwijl hiervoor 122 Nederlandse projectpartners potentieel in aanmerking kwamen). De goedgekeurde CETSI-aanvragen en Interreg-projecten dragen wel goed bij aan de programmadoelstellingen en het Rijksbeleid.

Wel vervolg PSR, geen vervolg CETSI
Zoals eerder dit jaar al aangekondigd per Kamerbrief, zal IenW voor de periode 2022-2024 opnieuw een Projectstimuleringsregeling (PSR VI) beschikbaar stellen. Hierin zijn de conclusies van de PSR-evaluatie meegenomen.

De Rijkscofinancieringsregeling wordt niet voortgezet. Na een afweging van de kosten voor de twee regelingen en het aantal projecten dat ermee ondersteund zou kunnen worden, is besloten om enkel de PSR voort te zetten en de geldigheidsduur uit te breiden van twee naar drie jaar. Een concept van de nieuwe PSR ligt nu voor in een internetconsultatie. Later dit jaar zal de regeling aan de Tweede Kamer worden aangeboden, zo besluit Van Weyenberg.

Meer informatie
Kijk voor meer informatie op: https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2021/08/30/evaluatie-subsidieregelingen-projectstimuleringsregeling-en-rijkscofinancieringsregeling