Beleidsregel experimenten samenwerking regulier en speciaal onderwijs gepubliceerd

De Beleidsregel experimenten samenwerking regulier en speciaal onderwijs biedt subsidie aan onderwijsinstellingen die toe willen gaan naar een volledige integratie van het speciaal en het regulier onderwijs. Het experiment regelt dat een (v)so-school of -vestiging of locatie (deel van een school of nevenvestiging) en een reguliere school voor primair of voortgezet onderwijs die intensief willen gaan samenwerken, vier jaar als één school kunnen functioneren.

Het experiment staat open voor samenwerking tussen de volgende onderwijssoorten: so - (s)bo en vso - vo. Het onderwijs aan de leerlingen betrokken bij dit experiment wordt gegeven op de betrokken basisschool of school voor voortgezet onderwijs. Het experiment wordt aangegaan voor de periode van vier jaar, van 1 augustus 2018 tot 1 augustus 2022 of van 1 augustus 2019 tot 1 augustus 2023, met mogelijkheid tot verlenging van twee jaar. 

Zowel in 2018 als 2019, kunnen maximaal 10 experimenten worden toegekend. Indien het aantal van 10 in 2018 niet wordt gehaald, zal resterende aantal uit 2018 worden toegevoegd aan het aantal in 2019. De aanvraag wordt uiterlijk op 1 mei voorafgaand aan het eerste schooljaar waarvoor het experiment is aangevraagd, ingediend door een bevoegd gezag. Indien meerdere bevoegde gezagsorganen deelnemen aan het experiment, ondertekenen alle bevoegde gezagsorganen de aanvraag. 

Gedurende het experiment is het bevoegd gezag van de school waar de leerlingen van beide scholen onderwijs volgen verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs waaronder ook het ontwikkelingsperspectief (OPP) van de leerlingen. Dit betekent dat het bevoegd gezag van de reguliere school het aanspreekpunt voor de kwaliteit van het onderwijs voor de Inspectie zal zijn. Wat betreft de overige zaken zoals zorgplicht en het aanvragen van een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) blijft het bevoegd gezag van de eigen school verantwoordelijk en het aanspreekpunt.

Door het verschil in bevoegdheidseisen is het op dit moment niet altijd mogelijk voor vso-leraren om les te geven in het vo. Om het experiment ook in het voortgezet onderwijs uit te kunnen voeren zal daarom ook afgeweken moeten worden van artikel 2a van de WVO, waarin de bevoegdheidseisen in het voortgezet onderwijs opgenomen zijn. Wanneer gebruik gemaakt wordt van de geboden experimenteerruimte, mogen leerkrachten vanuit het vso tijdelijk (4 jaar) les geven op een reguliere vo-school, ook als zij (nog) niet voldoen aan de daar geldende bevoegdheidseisen. Op het moment dat wordt besloten om na 4 jaar als één geïntegreerde school verder te gaan, zullen alle leerkrachten bevoegd moeten zijn om in het voorgezet onderwijs les te geven. Dit omdat alle leerlingen op dat moment staan ingeschreven op de reguliere voortgezet onderwijsschool. De vier jaar durende experimenteerperiode kan gebruikt worden om bijscholing van het personeel te realiseren.

Er wordt toegewerkt naar opheffing van de (v)so- school of -vestiging. Na het experiment is er een reguliere school met een specifiek profiel ontstaan. Wanneer de samenwerking niet wordt voortgezet, zullen deelnemende scholen conform de oude staat worden hersteld.