Cookievoorkeuren
InstellingenIk ga akkoord

Nieuws

apr
22

Oproep voor ZonMw-programma 'Geweld hoort nergens thuis'

Er is een nieuwe oproep gepubliceerd binnen het ZonMw-onderzoeksprogramma 'Geweld hoort nergens thuis'. Het betreft de oproep 'Onderzoek naar professionele norm en kennisverwerving'.

Het onderzoeksprogramma 'Geweld hoort nergens thuis' maakt deel uit van het actieprogramma 'Geweld hoort nergens thuis' van de rijksoverheid. Het doel van dit programma van de rijksoverheid is om huiselijk geweld en kindermishandeling terug te dringen, de schade ervan te beperken en zo de vicieuze cirkel van geweld, de overdracht van generatie op generatie, te doorbreken.

Het onderzoeksprogramma levert een bijdrage aan de ondersteuning van de praktijk en biedt handvatten om de aanpak van kindermishandeling en huiselijk geweld te verbeteren, te borgen en te verduurzamen. Het inhoudelijk kader voor het onderzoeksprogramma wordt gevormd door de 'Onderzoeksagenda aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling'. Deze onderzoeksagenda beoogt een bijdrage te leveren die aansluit op het ontwikkelen, verbinden en benutten van bestaande én van nieuwe kennis. Om dit bereiken moeten de verschillende problemen vanuit verschillende principes (integraal) worden aangepakt.

De nu gepubliceerde oproep richt zich op aanvragen voor onderzoekslijn 4: onderzoek naar professionele norm en kennisverwerving. Deze onderzoekslijn bestaat uit twee thema's, namelijk professionaliteit en organisatorische context.

Het herkennen en stoppen van kindermishandeling en huiselijk geweld vraagt om basis- en specialistische kennis en vaardigheden. Professionals in zorg- en hulpverlening, gemeenten, politie en justitieorganisaties, en onderwijs werken samen binnen de aanpak en zetten hierbij allemaal hun eigen specialisme in. Het is belangrijk te onderzoeken welke kennis en vaardigheden nodig zijn, welke rol (initiële) opleidingen hierbij hebben en hoe deze kennis en vaardigheden (onder welke voorwaarden) benut kunnen worden in de praktijk.

De hoofdaanvrager en projectleider van het project moeten onafhankelijke onderzoekers zijn. Deze personen en de organisatie waar zij voor werken hebben geen baat bij een bepaalde uitkomst. De projectgroep is samengesteld uit personen met ervaring en expertise in het doen van onderzoek naar professionaliteit of organisatorische context met betrekking tot huiselijk geweld (zoals kindermishandeling, partnergeweld en ouderenmishandeling). Uit de aanvraag blijkt dat er voldoende expertise in de projectgroep is op de onderwerpen waar de aanvraag zich op focust.

In het project dient structurele inbreng te zijn geborgd vanuit relevante professionals, organisaties, ervaringsdeskundigen, beleid en opleidingen. Uit de aanvraag moet blijken hoe de verschillende groepen betrokken zijn bij het formuleren van de onderzoeksvragen en het opstellen en uitvoeren van de aanvraag.

Aanvragen waarbij één of meerdere van de volgende aandachtsgebieden aan bod komen hebben deze ronde de voorkeur:

  • aanvragen die zich richten op ouderenmishandeling;
  • aanvragen die zich richten op specifieke problematieken zoals eergerelateerd geweld, huwelijksdwang en -achterlating, genitale verminking, gedwongen isolement of conflictscheidingen;
  • aanvragen waar aandacht is voor dader(aanpak) of signalen van daders;
  • aanvragen met aandacht voor het reduceren van handelingsverlegenheid bij professionals en/of omstanders.


Het totaal beschikbare budget voor deze oproep is € 300.000. De subsidie bedraagt maximaal € 150.000 per project met een maximale looptijd van achttien maanden.

ZonMw verzoekt aanvragers om voor 9 juni 2020 hun intentie tot indienen kenbaar te maken door het invullen van het formulier 'kenbaar maken intentie tot indienen'. Aanvragen kunnen tot en met 2 september 2020 worden ingediend via ProjectNet.

Zie voor meer informatie: https://www.zonmw.nl/nl/subsidies/openstaande-subsidieoproepen/detail/item/onderzoek-naar-professionele-norm-en-kennisverwerving/

Terug naar overzicht