Cookievoorkeuren
InstellingenIk ga akkoord

Nieuws

nov
21

Tweede Kamer geïnformeerd over stand van zaken Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) 2014-2020

Staatsecretaris Dijksma van Economische Zaken heeft de Tweede Kamer in een tweetal brieven geïnformeerd over het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) voor de periode 2014-2020.

In de kamerbrief over de verdeling en stand van zaken Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) 2014-2020 heeft de staatssecretaris de verdeling van de EFRO-middelen over de Nederlandse regio’s bekendgemaakt. Deze is als volgt:
• Noord-Nederland: € 104 miljoen;
• Oost-Nederland: € 100 miljoen;
• Zuid-Nederland: € 114 miljoen;
• West-Nederland: € 190 miljoen.

Nederland stelt € 91 miljoen ter beschikking voor cofinanciering van projecten uit de regionale EFRO-programma’s. Hiervoor wordt een zelfde verdeelsleutel gebruikt als voor de Europese EFRO-middelen.

De staatssecretaris heeft met bestuurders van de landsdelen Noord, Oost, Zuid en West afgesproken dat er eind november 2013 nieuwe versies van de landsdelige Operationele Programma’s (OP’s) voor de nieuwe periode worden aangeleverd. De volgende stap is het laten uitvoeren van de ex ante evaluatie per programma door een onafhankelijke partij. Deze verplichting vloeit voort uit de (concept) Europese regelgeving. In de ex ante evaluatie worden de OP's getoetst op een logische opbouw en onderbouwing van de gekozen thema's en doelen. Onderdeel hiervan vormt de aansluiting van EFRO op lopend nationaal en regionaal beleid. De Europese Commissie zal de programma's toetsen op deze beleidscontext.

In de kamerbrief Beantwoording vragen schriftelijk overleg cohesiebeleid laat de staatssecretaris weten dat de cofinanciering van de decentrale overheden wordt vastgelegd in de financiële tabel van de Operationale Programma’s (OP’s). Op het moment van indiening zal daarover definitieve duidelijkheid zijn. De staatssecretaris heeft afgesproken met de landsdelen dat de OP’s medio januari 2014 bij haar worden aangeleverd.

Op de vraag hoe Horizon2020 en het cohesiebeleid elkaar kunnen versterken laat de staatssecretaris weten dat het Horizon programma zich met name richt op onderzoek en EFRO zich richt op valorisatie, proeftuinen en mkb. Zo kunnen de onderzoeksresultaten uit Horizon2020 gevaloriseerd worden door de inzet van EFRO.

De staatssecretaris verwacht niet dat de nieuwe EFRO-programma’s al vanaf 1 januari 2014 operationeel zijn. Het streven is om de partnerschapsovereenkomst en de programma’s in te dienen zo spoedig als mogelijk nadat de verordeningen in werking zijn getreden. Na indiening van de partnerschapsovereenkomst en de Operationele Programma’s heeft de Europese Commissie maximaal vier maanden de tijd om de partnerschapsovereenkomst goed te keuren en zes maanden om de programma’s goed te keuren. De verwachting is dat vanaf medio 2014 ondernemers hun subsidieaanvraag kunnen indienen bij de regio.

Terug naar overzicht