Noord-Brabant wijzigt subsidieregeling verkeer en vervoer

Noord-Brabant heeft een vierde Wijzigingsregeling op de Subsidieregeling verkeer en vervoer 2013 gepubliceerd. De wijzigingen hebben betrekking op de paragrafen Gelabelde BDU-uitkeringen en Subsidie voor het samenwerkingsverband GGA-regio's en het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven (SRE). Verder is de bijlage met voorlopige normbedragen van de subsidiabele kosten voor fietspaden vervangen door een bijlage met definitieve normbedragen.

Met de Subsidieregeling verkeer en vervoer Noord-Brabant 2013 wil de provincie uitvoering geven aan de Wet BDU verkeer en vervoer en aan de essentiële onderdelen van het Provinciaal Verkeers- en Vervoersplan. De regeling is opgebouwd uit verschillende paragrafen.

Van de paragraaf Gelabelde BDU-uitkeringen is het subsidieplafond aangepast. Het plafond voor de periode 6 januari tot en met 15 december 2014, wordt verhoogd naar € 2.962.279. Vanuit deze paragraaf kan subsidie worden verstrekt voor projecten, gericht op:
• actieprogramma regionaal openbaar vervoer;
• fiets filevrij;
• actieprogramma Groei op het spoor;
• snelwegbus.

Aan de paragraaf Subsidie voor het samenwerkingsverband GGA-regio's en het SRE zijn een aantal subsidiabele kosten toegevoegd, zoals kosten voor verleggen van kabels en leidingen en kosten voor grondverwerving. Het subsidieplafond voor de periode 2014-2015 voor alle activiteiten, met uitzondering van de kleine infrastructurele SRE-projecten, is verlaagd naar € 23.094.000. Aan deze paragraaf zijn tevens wijzigingen aangebracht in de subsidiehoogte en de wijze van bevoorschotting en betaling.

Het SRE is een samenwerkingsverband van 21 gemeenten in Zuidoost-Brabant, die samen één geheel vormen.  De GGA-regio is het samenwerkingsverband met als deelnemers de aangesloten Noord-Brabantse gemeenten, de provincie Noord-Brabant en Rijkswaterstaat directie Noord-Brabant. Binnen deze regeling kan subsidie worden verstrekt voor:
• kleine infrastructurele projecten;
• niet-infrastructurele verkeer en vervoer projecten;
• projecten gericht op het fysiek toegankelijk maken van een niet-geprioriteerde halte;
• projecten gericht op het aanschaffen en plaatsen van haltemeubilair voor een geprioriteerde of een niet-geprioriteerde halte;
• kleine infrastructurele projecten, opgenomen in het regionale uitvoeringsprogramma van het SRE, of reserveprojecten, indien de hierboven genoemde projecten door onvoorziene omstandigheden niet in uitvoering kunnen worden genomen.

Zie voor meer informatie over de wijzigingen het Provinciaal Blad.