Cookievoorkeuren
InstellingenIk ga akkoord

Nieuws

sep
18

Prinsjesdag - belastingplan 2014

In het op Prinsjesdag gepresenteerde Belastingplan 2014 zijn budgetten en percentages voor volgende fiscale aftrekmogelijkheden opgenomen.

S&O-afdrachtvermindering (WBSO) en Research en Development Aftrek (RDA)
De S&O-afdrachtvermindering faciliteert loonkosten van speur- en ontwikkelingswerk (S&O). De RDA faciliteert niet-loonkosten en investeringen in S&O.

Het kabinet stelt voor om de eerste schijf van de S&O-afdrachtvermindering te verlengen van € 200.000 naar € 250.000. Een tweede wijziging ten opzichte van 2013 is de verlaging van het tarief in de eerste schijf van 38% naar 35%. De overige percentages en het plafond blijven ongewijzigd. De cijfers voor 2014 zijn:
• het percentage van de 1e schijf is 35%;
• het percentage van de 1e schijf voor starters is 50%;
• de bovengrens van de 1e schijf wordt verhoogd van € 200.000 naar € 250.000;
• het percentage van de 2e schijf is 14%;
• het plafond, de maximale bijdrage per fiscale eenheid per jaar, is € 14 miljoen;
• de bedragen voor de zelfstandigenaftrek inclusief de extra aftrek voor starters zullen nog worden geïndexeerd.

Het beschikbare budget voor de S&O-afdrachtsvermindering in 2014 bedraagt € 756 miljoen. Een deel van dit budget bestaat uit een structurele verplaatsing van € 60 miljoen van het budget van de RDA naar het budget van de S&O-afdrachtvermindering.

De RDA is in 2012 geïntroduceerd. In dit jaar was het beschikbare budget voor de RDA € 250 miljoen. In 2013 liep dit budget op tot € 375 miljoen en vanaf 2014 was structureel een budget van € 500 miljoen voorzien. Om de taakstelling op de fiscale innovatieregelingen in 2014 deels in te vullen wordt er op het budget van de RDA een korting toegepast van € 138 miljoen. Met de structurele overheveling van € 60 miljoen naar het budget voor de S&O-afdrachtvermindering (WBSO) wordt het budget in 2014 voor RDA € 302 miljoen.
Met dit budget bestaat ruimte voor een voorlopig percentage van de RDA in 2014 van circa 60% (ten opzichte van 54% in 2013). Dit komt overeen met een nettovoordeel van 15% bij een Vpb-tarief van 25%. Eind 2013 wordt het definitieve RDA-percentage voor 2014 bij ministeriële regeling vastgesteld.

Binnen de S&O-afdrachtvermindering worden ook nog twee technische maatregelen getroffen. Het betreft jaaraanvraag en ruimere verrekeningsmogelijkheden. Het kabinet stelt voor om iedere S&O-inhoudingsplichtige de mogelijkheid te bieden om een S&O-verklaring voor een periode langer dan zes maanden, met een maximum van een geheel kalenderjaar, aan te vragen. Op dit moment staat deze mogelijkheid alleen open voor S&O-inhoudingsplichtigen die beschikken over een onderzoek- of een ontwikkelafdeling én die in het voorafgaande kalenderjaar een S&O-verklaring ontvangen hebben.
De toegekende S&O-afdrachtvermindering mag op grond van de huidige regelgeving alleen verrekend worden in de aangiftetijdvakken voor de loonheffingen die eindigen in de periode waarop de S&O-verklaring betrekking heeft. Dit kan tot gevolg hebben dat niet alle toegekende S&O-afdrachtverminderingen verzilverd kunnen worden, omdat de aanvrager in de periode van de S&O-beschikking onvoldoende loonkosten heeft. Het kabinet stelt voor toe te staan dat de verrekening plaats kan vinden in andere aangiftetijdvakken. Deze moeten wel eindigen in het kalenderjaar waarop de S&O-verklaring betrekking heeft.

EIA, MIA en Vamil
Het percentage voor de Energie Investeringsaftrek blijft 41,5%. Het drempelbedrag (het totale bedrag aan energie-investeringen per kalenderjaar) wordt verhoogd van € 2.300 naar € 2.500. Om de EIA zo veel mogelijk analoog te houden aan de MIA/Vamil, wordt ook het drempelbedrag voor de MIA en Vamil verhoogd naar € 2.500.

Op dit moment kunnen bedrijven die investeren in het saneren van asbest, al dan niet in combinatie met het plaatsen van zonnepanelen, in aanmerking komen voor de MIA, tenzij wordt geïnvesteerd in een woonhuis of een woonschip. Bedrijfsmatige verhuurders van woonruimte kunnen hier dus geen gebruik van maken. Het kabinet stelt voor om hen ook in aanmerking te laten komen voor de MIA.

Uit evaluaties van de MIA en Vamil blijkt dat de MIA en Vamil met betrekking tot de lijst van bedrijfsmiddelen en gebruikers van de regeling naar elkaar toegroeien. Het kabinet neemt de in de evaluatierapporten gedane aanbeveling over om te onderzoeken of een (procedureel) samengaan of integratie van de regelingen tot verdere efficiencyverbetering kunnen leiden.

Afdrachtvermindering onderwijs
De regeling WVA Onderwijs (Wet vermindering afdrachten loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen), bedoeld om bedrijven, die leerwerkplekken aanbieden fiscaal te compenseren, wordt vervangen door gerichte subsidies. In het regeerakkoord werd al eerder aangekondigd, dat de regeling met ingang van 1 januari 2014 zou komen te vervallen en vervangen wordt door een beter te richten en budgettair beter beheersbaar te houden subsidieregeling. Voor deze subsidieregeling praktijkleren is een bedrag van € 200 miljoen beschikbaar.

Terug naar overzicht