Nieuwe subsidie voor afzet biologische landbouwproducten

De regeling ondersteunt hiermee bedrijven om kennis en ervaring op te doen die nodig is voor een goed verdienmodel en nieuwe ketens te ontwikkelen over bestaande ketens uit te bereiden. Zo worden de barrières verlaagd om de stap naar biologische productie te zetten.

Subsidie kan worden aangevraagd door een biologisch samenwerkingsverband. Dit is een geen rechtspersoonlijkheid bezittend verband (maar geen operationele groep) dat gericht is op het bevorderen van de biologische landbouw en van de afzet van biologische landbouwproducten, bestaat uit minimaal twee niet in een groep verbonden ondernemingen en dat is opgericht ten behoeve van de samenwerking. Een deelnemer in een biologisch samenwerkingsverband komt alleen voor subsidie in aanmerking als de deelnemer een kleine, middelgrote of micro-onderneming is die staat ingeschreven in het handelsregister.

De regeling biedt ruimte voor een brede variëteit aan samenwerkingsprojecten. Hierbij is het noodzakelijk om inzichtelijk te maken hoe projecten bijdragen aan het verbeteren van de afzet van biologische producten en hoe dit gaat gebeuren. Dit kan gedaan worden door het schrijven van een projectplan met partijen die op geloofwaardige wijze hieraan een bijdrage kunnen leveren. Hierbij wordt ook gekeken naar de mate waarin het project vernieuwend is, nieuwe markten aanboort en daarmee bijdraagt aan het verbeteren van de afzet.

De subsidie bedraagt 80% van de subsidiabele kosten per project doch ten minste € 100.000 en ten hoogste € 500.000 per project. Een deelnemer van een biologisch samenwerkingsverband dat in aanmerking komt voor subsidie ontvangt minimaal € 25.000 per project. De maximale looptijd van het project is drie jaar.

Aanvragen kunnen tijdens een aanvraagperiode worden ingediend bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Het subsidieplafond wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van de aanvragen. De openstelling en het bijbehorende plafond is nog niet gepubliceerd, maar het is de bedoeling dat de regeling eenmaal per jaar wordt opengesteld. De eerste openstelling start naar verwachting op 2 februari 2026. Daarna volgt ieder jaar een openstelling tot en met het voorjaar van 2029.