Cookievoorkeuren
InstellingenIk ga akkoord

Nieuws

mei
15

Subsidieregeling voor saneren varkenshouderijen ‘effectief’

De uitkoopregeling voor varkenshouderijen is door 277 varkenshouders benut. Dit heeft € 273 miljoen gekost. Doel was de geuroverlast op het platteland en de uitstoot van stikstof door deze boerderijen te verminderen.

Het door de Rekenkamer uitgevoerde onderzoek laat zien dat op de gesaneerde boerenerven geen intensieve veeteelt meer is teruggekomen. In de plaats daarvan is een verscheidenheid aan herbestemmingen gekomen. Daarmee is de regeling effectief. Met de regeling zijn er bijvoorbeeld in Noord-Brabant ten minste 3876 woningen die minder last hebben van geuroverlast en is 654 ton aan ammoniakuitstoot vermeden. Dit is overigens minder dan 1% van de totale stikstofuitstoot van de landbouwsector.

Niet-intensief vee houden is toegestaan
Van de 277 gesaneerde varkenshouderijen is op vrijwel alle locaties de bedrijfswoning omgezet naar een burgerwoning. Er is een grote diversiteit aan herbestemmingen en er zijn verschillen per provincie. Zo zijn er in Limburg minder woningen bijgebouwd dan in Noord-Brabant. In 40% is opnieuw een agrarische bestemming gegeven aan de locatie, vaak met akkerbouw en groente- of fruitteelt.

In een kleiner aantal gevallen worden andere dieren dan varkens gehouden voor economische doeleinden, bijvoorbeeld een melkveehouderij, vaak gecombineerd met andere activiteiten. Intensieve veehouderij mag op deze gesaneerde locaties niet langer plaatsvinden, zo is in de overeenkomst tussen de varkenshouder en de staat vastgelegd. Niet duidelijk is hoe lang daarop gecontroleerd wordt door de overheid. De voormalige varkenshouderijen worden inmiddels ook benut voor opslag, onderhoud van landbouwvoertuigen of caravanstallingen, recreatie of zonneweides.

Nieuwe regelingen in opzet doeltreffender
De ervaringen met de Srv zijn ook benut voor het ontwerp van andere saneringsregelingen voor de veehouderij, de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties voor stikstofreductie (Lbv) en een variant daarvan voor zogenoemde piekbelasters, de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties met piekbelasting (Lbv-plus). Ook de eerder door de Rekenkamer gedane aanbevelingen zijn daarin meegenomen om de subsidievoorwaarden beter controleerbaar te maken door te werken met vaste vergoedingen en de controles aan te scherpen.

De Rekenkamer verwacht dat de nieuwere regelingen Lbv en Lbv-plus in opzet doeltreffender kunnen zijn, omdat enkele lessen uit de Srv zijn verwerkt. Zo krijgt de boer meer tijd om een overeenkomst met de staat te sluiten. Bovendien is bij deze jonge regelingen een totaalverbod op veehouderij in de overeenkomst opgenomen. De toegestane stikstofemissie is daarbij kleiner of gelijk aan 15%, afgestemd op de activiteit.

Zie ook: https://www.rekenkamer.nl/actueel/nieuws/2024/05/15/geleerd-van-regeling-saneren-varkenshouderijen

Terug naar overzicht