Tussentijdse beoordeling Valorisatieprogramma bekendgemaakt

Met het Valorisatieprogramma ondersteunt het ministerie van Economische Zaken 12 consortia bij het vormgeven van hun activiteiten op het gebied van ondernemerschapsonderwijs en kennisvalorisatie. Het budget voor dit programma bedraagt € 63 miljoen. Het programma zelf is gesloten. Er kunnen geen aanvragen meer worden. De projecten van de consortia lopen nog tot 2018. Van het programma is nu een Mid Term Review uitgevoerd. De tussentijdse review werd in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap uitgevoerd door Panteia.

In de bijbehorende kamerbrief wordt het rapport nader verklaard. Het Valorisatieprogramma is halverwege de looptijd en er blijkt al een belangrijke impuls te zijn gegeven aan onderwijs in ondernemerschap, valorisatie en de bijbehorende samenwerking tussen kennisinstellingen en het bedrijfsleven. Het programma wordt dan ook in de huidige vorm voortgezet.

Bij de subsidieaanvraag konden de consortia kiezen uit verschillende activiteiten. De onderzoekers concluderen dat de verschillende activiteiten elk een eigen voortgang kennen. Voor screening en scouting (het doorlichten van onderzoeken op commerciële potentie en het vinden van ondernemers die deze potentie willen commercialiseren) verwachten de onderzoekers dat de oorspronkelijke doelen zullen worden behaald. Bij de activiteit ondernemerschapsonderwijs zullen de doelen naar verwachting gedeeltelijk behaald worden. De activiteiten Intellectual Property (IP)-beleid en proof-of-conceptfinanciering, die samen ongeveer twintig procent van de financiële omvang uitmaken, blijven achter.

Bij de pre-seed leningen valt op dat er minder leningen werden verstrekt dan verwacht, maar wel tegen een veel hoger gemiddeld bedrag dan vooraf was ingeschat. Hierdoor is de beoogde besteding ruim op niveau, terwijl het oorspronkelijke doel in aantallen leningen niet wordt gehaald. De aanpassing die heeft plaatsgevonden duidt erop dat in de praktijk meer middelen nodig bleken voor deze leningen dan eerder gedacht.

Bij de proof of concept leningen is vertraging ontstaan. Oorzaken hiervan zijn de discussie over de financiële risico’s voor de consortia en operationele risico’s omdat het beheer van de leningen flinke capaciteit kan kosten. Kennisinstellingen zijn geen financiële instellingen of venture capitalists en moeten dat ook niet worden. De proof-of-concept leningen komen in belangrijke mate overeen met vroegefasefinanciering. De proof-of-concept leningen komen in belangrijke mate overeen met vroegefasefinanciering. Bovengenoemde aspecten vormen belangrijke redenen om STW met ZonMW, NWO (Programma Take-off) en RVO.nl het nieuwe instrument voor vroege fasefinanciering te laten uitvoeren.

De onderzoekers doen in totaal twaalf aanbevelingen, waarvan er vier vooral voor de consortia zelf bedoeld zijn. Samen met de Adviescommissie en RVO.nl zal worden besproken hoe zij zullen toezien en stimuleren dat die aanbevelingen door de consortia worden opgepakt. Prioriteit gaat daarbij uit naar de aanbevelingen 'Blijf gekwalificeerd personeel boeien en binden' en 'Vergroot de betrokkenheid van het bedrijfsleven'. De overige aanbevelingen zijn vooral op RVO.nl en de Adviescommissie gericht, die aangegeven hebben hiermee aan de slag te zullen gaan.

Na afloop van het programma zal er nog een eindevaluatie worden uitgevoerd en gepubliceerd. Op basis van deze evaluatie en de bredere ontwikkelingen op het gebied van valorisatie kan dan worden vastgesteld, welke voortgang in de valorisatie van kennis in Nederland is bereikt.